Een vrouw in Madrid
‘Heb
je al wat?’
Het scherm van Maartens telefoon licht op. Het icoontje op het bureaublad van
zijn iPhone 6 laat zien dat er een appje is binnengekomen. Het bericht is
afkomstig van Hannah, de vaste maandagredacteur van de krant. Ze wil weten
hoever hij is.
‘Wat moet ik hebben?’, appt hij terug. Hij wacht rustig af en ziet op zijn
schermpje dat Hannah ‘aan het typen’ is. Dan floept er een nieuw bericht
binnen.
‘Je column voor morgen. Je hebt nog twee uur de tijd.’
Hij pakt de telefoon op en belt. Dat vindt hij makkelijker.
‘Dag Maarten’ hoort hij aan de andere kant van de lijn. ‘Wil het al een beetje
vlotten met de column?’
‘Nou nee, nog niet echt. Ik dacht misschien iets over dat ik al twee dagen thuis
zit in mijn boshuisje en dat ik niemand om mij heen wil hebben met kerst omdat het
de enige dagen in het jaar zijn dat ik écht in retraite kan?’
Ze is het er niet mee eens. ‘Gaan we niet doen. Meneer gaat er weer prat op dat
hij niemand wil zien met kerst. De miskende schrijver die zich het liefst
terugtrekt in een huisje in de bossen van Nova Scotia, aan de verre oostkust
van Canada en van niets en niemand iets wil weten.’
‘Geen slecht idee.’
‘Ik zeg dit omdat ik bijna zeker weet dat je zaterdag naar een herhaling van
‘Floortje naar het einde van de wereld’ hebt zitten kijken Maarten. Over die
gozer die een stukje land koopt in the middle of nowhere en daar een dorp
voor één persoon eigenhandig in elkaar zet.’
Maarten zucht. Ze kent hem te goed. Hij zou haar wat minder moeten vertellen
dan kreeg hij het niet in his face als het haar goed uitkwam.
‘Da’s niks voor jou Maarten. Jij hebt mensen nodig om je heen. Lekker bier
drinken met je vrienden, liefst in een kroeg zonder ramen. Vorige week zondag was
je nog voetbal gaan kijken met ze want je had ze al een maand niet gezien na
dat bierfeestje in ’t Klooster. Je had genoten, zei je nog. Een boshuisje in Nova Scotia. Geloof je het
zelf? Rotterdam vind je al ver. Dat jij vijf jaar in Frankrijk hebt gezeten,
hoe hield je het daar dan uit?’
‘Dat was een andere tijd.’
‘Oh ja de tijd van die zogenoemde vriendin van je uit Madrid. Ga je daar nog
iets mee doen?’
‘Ik ken haar niet uit mijn tijd uit Frankrijk. Sterker nog: ik heb geen idee
wie ze is. Dus wat moet ik ermee of beter gezegd: wat moet ik met haar?’
‘Je hoeft niks met haar, maar je zou er toch een boek over schrijven? Dat je
haar naam ooit op een geeltje vond en dat dat geeltje al jarenlang
in je opschrijfboekje zit. En dat je je al eeuwen roept dat er een boek in zit?’
‘Ik heb geen idee waar ik moet beginnen’.
‘Kijk jij dan maar die documentaire van Coen Verbraak over Adriaan van Dis. Op
driekwart van de uitzending bezoekt hij een middelbare school. Hij is
uitgenodigd om in de klas te vertellen over het schrijverschap. En dan
vraagt een van de leerlingen wat ze moet doen als ze een boek wil schrijven.’
‘Oh, en wat zegt Adriaan dan?’
‘Dat je gewoon moet beginnen.’
‘Gewoon beginnen…’
‘Ja, gewoon beginnen. Bedenk maar een scène, zegt Adriaan tegen het meisje. ‘Schrijf
maar een dialoog en kijk wat er van komt.’ Dat zegt hij.
‘Wat denk je dat ik nu aan het doen ben?’
‘Nou kijk eens aan. En heb je al wat nu?’
‘Iets meer dan 600 woorden.’
‘Dat is meer dan genoeg voor je column. Punt erachter en klaar. Mail je het zo
naar me toe?’
‘Doet ik.’
En wanneer begin je aan dat verhaal over die vrouw uit Madrid?’
‘Ik dacht volgende week zaterdag, dan is het 1 januari.’
‘Zo, zo. Een goed voornemen. Het moet niet gekker worden met jou. Nou, tot
volgende week en alvast een vrolijk uiteinde. Ga je nog iets doen?’
‘Thuiszitten’.
‘Nou veel plezier met jezelf Maarten. Doei!’
'Dag Hannah'.
Hij hangt op en schaaft nog een half uurtje aan de column. Daarna opent hij het
mailprogramma en stuurt 731 woorden naar de krant. Hij maakt een nieuw document
aan in Word en tikt: Een vrouw in Madrid [werktitel]
Je zou toch haast denken dat je een kluizenaartje bent oude seun. Een kluizenaar die zo nu en dan uit het kadertje springt en lekker raar gaat doen. Geniet er maar lekker van voordat de maandagredacteur je weer terug duwt. Over genieten gesproken. Het was een genot om deze ruim zevenhonderd woorden te lezen.
BeantwoordenVerwijderenEen cliffhanger van de bovenste plank. Was het maar alvast 1 januari!
BeantwoordenVerwijderenHet wordt een nieuwjaarsdag die alle andere nieuwjaarsdagen overbodig maakt. Met dank voor de lovende recensies!
BeantwoordenVerwijderenDe lovende recensies heb je puur aan jezelf te danken.
Verwijderen