Dorpsgek
Iedereen heeft er wel van gehoord. En misschien ook wel eens eentje gezien. De dorpsgek. De dorpsgek was vaak een man met een knapzak die rondliep in het dorp, maar niemand wist precies wat hij deed. Hij leidde vaak een zwervend bestaan of woonde net buiten het dorp. Meestal deed de dorpsgek niets. Hij liep maar wat rond, zat op een bankje en rookte misschien een sigaretje en misschien wel twee. Na een tijdje stond de dorpsgek op en liep hij weer verder. Hij zag er onverzorgd uit, waste zich nooit en at wat de boeren hem gaven. Als hij niks kreeg kwam hij later terug, liep het erf op en pikte een paar eieren uit de kippenren. Als de boer hem betrapte, liet hij ‘m maar begaan. De dorpsgek deed eigenlijk geen vlieg kwaad. Hij was alleen een beetje apart, maar voor de rest was het een lamme goedzak. De bekendste Nederlandse dorpsgek is natuurlijk Swiebertje.
Je had twee soorten dorpsgekken. De een was het rustige type. Die zat de hele dag in het dorp op een bankje voor zich uit te staren. Hij groette de mensen en de mensen groetten hem terug. Voor de rest lieten ze dorpsgek maar lekker zitten, daar op het bankje. Hij redde zich wel en zo niet, dan waarschuwden ze meneer pastoor. Die kon dan misschien via de kerk nog een bad en een brood voor hem regelen. Dat brood, dat nam de dorpsgek graag aan. Dat bad, daar begon hij niet aan. Dan moest ‘ie zich bij vreemde mensen gaan uitkleden en zich wassen. Dan liep hij liever het bos in. Of hij ging naar huis waar hij tussen zijn verzameling oud ijzer in slaap viel. Veel dorpsgekken waren namelijk verwoede verzamelaars. Alles wat de dorpsgek onderweg tegenkwam, sleepte hij mee naar huis. Sommige dorpsbewoners wisten wel waar hij woonde, maar langsgaan, dat deden ze niet. Bovendien: je kwam niet eens binnen, want de deur was altijd gebarricadeerd. Alleen de dorpsgek wist hoe hij binnen moest komen.
Je had ook een ander type dorpsgek. Die zat ook de hele dag op een bankje, maar rustig was het er nooit. Deze dorpsgek praatte aan een stuk door in zichzelf. Of hij sprak met iemand anders. Alleen die ander, die zat er nooit naast, op dat bankje. Zijn denkbeeldige vriend zat in zijn hoofd. Als hij dan iets tegen zichzelf of die ander zei en hij verstond het niet goed, dan drukte hij zijn vinger tegen zijn oor. Het leek dan net of hij met iemand aan het bellen was. Aan het einde van het gesprek haalde hij zijn vinger van zijn oor en was hij even stil. Maar het kon zomaar gebeuren dat de dorpsgek een paar minuten later alweer een boodschap van gene zijde kreeg en dan begon het hele circus opnieuw. De dorpsgek was er de hele dag zoet mee, met dat in zichzelf praten en bellen met iemand van de andere kant.
Tegenwoordig zijn er niet zoveel dorpsgekken meer. We vinden ze maar eng en waarschuwen binnen de kortste keren de politie als er iemand die een klein beetje afwijkend gedrag vertoont en voor zich uit zit te praten op een bankje. Die mensen noemen we nu verward. Toch zie ik, als ik door de stad loop, heel veel mensen in zichzelf praten. Ze hebben blijkbaar met iemand contact en als ze niet goed horen wat diegene aan de andere kant zegt, drukken ze hun vinger tegen hun oor. Of ze gaan opeens heel hard praten.
Als ik toevallig naast zo iemand loop, schrik ik me altijd rot. Eerst dacht ik dat hij of zij het tegen mij had, maar later begreep ik dat die persoon een mobiele telefoon bij zich had, met oortjes en bluetooth. Je kunt rustig achter zo’n telefonist aanlopen, want de gesprekken duren meestal vrij lang. Ik heb een keer tegenover zo’n beller gezeten in de trein. Toen het gesprek na een half uur nog niet was afgelopen, ben ik uitgestapt terwijl ik nog niet eens mijn bestemming had bereikt. Op het perron heb ik twintig minuten staan wachten op de volgende trein.
Ik vind het jammer dat ik bijna geen dorpsgekken meer zie. Nou ja, ze zijn er nog wel, maar ze vallen niet meer zo op.
Foto Brittany Bendabout op Unsplash

Geweldig stuk seun. Ik heb ervan genoten!
BeantwoordenVerwijderenHet was ook genieten tijdens het schrijven!
VerwijderenDe seun weet ons weer mooi te herinneren aan haast vergeten elementen uit nog niet zo heel vervlogen tijden. Mag ik een stukje over de SRV-man aanvragen?
BeantwoordenVerwijderenDe Ouwe Seun is een autonoom schrijfkunstenaar en werkt helaas niet in opdracht.
Verwijderen