Paapse geluiden

Mijn stad heeft heel veel kerken. Wie tijdens de Open Monumentendagen, die dit jaar plaatsvinden in het weekeinde van 10 en 11 september, de stad bezoekt zal zien hoeveel godshuizen er in deze stad zijn. Er is geen geloof of er is wel een kerk voor. De hervormden hebben de grootste kerken, de katholieken hebben er ook een paar, de lutheranen aanbidden de allerhoogste in hun eigen gebedshuis en zelfs de calvinisten hebben een kerk. De stad kent een pracht van een synagoge en een moskee of twee.

Ik vind ze allemaal even mooi, die kerken. Vooral de kerk bij mij in de buurt, die kan zó lekker beieren op de zondagochtend dat je het idee hebt dat de dorpelingen en masse ter kerke gaan. Dat is natuurlijk niet zo, de kerk zit alleen nog vol met Kerstmis. Dan zingt iedereen uit volle borst mee. De kerk zet een paar keer in de week de deuren wijd open en nodigt gelovig en ongelovig volk gratis uit voor een bezoekje aan de kerk. Dit in tegenstelling tot de hervormden die je grif laten betalen om de kerk in te mogen en je ook nog eens drie keer per week geselen met het carillon waar zulke leuke – maar niet heus – leuke liedjes te horen zijn. Als je pech hebt, komt ook de Bruidsmars van Richard Wagner voorbij, omdat juist op dat moment in het stadhuis twee mensen hebben besloten elkaar het jawoord te geven. Het carillon, het kan me gestolen worden.

Nee, geef mij dan die papen maar. Hun kerk is een stuk mooier dan die protestante kerken waar werkelijk geen reet aan is, met dank aan de hooligans van de Beeldenstorm uit 1566. Bovendien vind ik dat de papen er mooie godsdienstige regels op na houden. Als je iets fout hebt gedaan, hoef je alleen maar te biechten bij meneer pastoor en kun je met een gerust hart in je houten jas aan je laatste reis beginnen. Boven ontvangen ze je met alle egards, al heb je alles gedaan wat God verboden heeft. Nog een aflaat erbij en je kostje in de hemel is gekocht. Ik help je vast uit de droom: boven kom je ook de grootste criminelen gewoon weer tegen.

Zodra ik een voet over de paapse kerkdrempel heb gezet, kom ik in een andere wereld terecht. De wereld van stilte. Hier is geen radio, krant of televisie. Geen Facebook, Linkedin, TikTok, Twitter, Telegram of YouTube. Niemand die je iets wil verkopen, niemand die je iets vraagt, niemand die zo toe is aan vakantie. En als de kerk niet open is, kan ik altijd nog dagelijks terecht in de Mariakapel. Ook daar is het heerlijk rustig en is de wereld van macho’s en te grote bekken ver weg. Oorlogen, overstromingen, schietpartijen, tornado’s, criminele afrekeningen, liegende politici, files, blokkeerboeren, bemiddelaars, rijen op Schiphol: ze bestaan niet in de wereld van Maria. Na afloop doe ik een euro in de collectezak en steek een kaarsje op voor iedereen die zijn of haar aardse bestaan heeft ingeruild voor een eeuwig leven naast God.

De paapse kerkklokken herinneren mij er regelmatig aan dat de kerk er nog staat. Vooral op zondagmorgen beieren ze tien minuten lang en roepen mij op om toch vooral even langs te komen voor een mooie preek. En iedere zondagmorgen laat ik deze uitnodiging aan mij voorbijgaan, omdat ik dan uitgebreid aan het ontbijt zit. Na anderhalf uur, als de dienst erop zit, beieren ze nogmaals als de kerkgangers de kerk verlaten. En met een beetje geluk begint het hele ritueel ’s avonds nog een keer. Vooral op kerkelijke feestdagen is het bijna een onophoudelijk gebeier der klokken alsof de papen er geen genoeg van kunnen krijgen. Hup, even snel naar het café voor een borrel, want over een uurtje is de volgende dienst. En dan heb ik het nog niet eens over het sonore gebeier bij een uitvaart, de vrolijke klanken bij een bruiloft of het dagelijkse portie ‘noen’, als de klokken elke dag om twaalf uur twee minuten lang het paapse geluid over de stad heen strooien.

Ooit kon dat allemaal niet, dat gebeier van die papen. Na de Reformatie mochten de katholieken geloven wat ze wilden, zolang je het maar niet kon zien of horen. Dan vond iedereen het prima. Daarom zijn er in mijn stad ook heel veel schuilkerken. Ze zijn niet te zien vanaf de openbare weg en als je het niet weet, loop je er gewoon aan voorbij. Maar tijdens de Open Monumentendagen mag je gewoon naar binnen. Ik zou zeggen: doen.

Pas in de tweede helft van de negentiende eeuw waren schuilkerken niet meer van die tijd en mochten andersdenkenden zich ook in het openbaar manifesteren. De katholieken wisten niet hoe snel ze een kerkgebouw neer moesten zetten en dat deden ze dan ook tussen 1875 en 1882, hier in mijn buurtje, ook wel bekend als de Papenhoek. Ik denk dat ik daarom ook zoveel van dat paapse geluid hoor in de stad. Eeuwenlang moesten de papen zich inhouden, maar die schade halen ze nu ruimschoots in.

Reacties

  1. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Mooi stuk Seun. Hulde! Ik kom gauw een keer buurten, op zoek naar een schuilkerk in de papenbuurt.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Om de een of andere reden kent de Papenhoek geen schuilkerken. Maar ik laat je met alle liefde andere schuilkerken zien.

      Verwijderen
    2. Er was wel een schuilkerk op de Oude Langendijk, maar dat is tegenwoordig een woning.

      Verwijderen
    3. Ik sta open voor iedere schuilkerk.

      Verwijderen
    4. U zult niet worden teleurgesteld!

      Verwijderen
  3. Carillon met beiaardconcerten is prächtig Marcel. De wat ingeblikte deuntjes zie ik als volksmuziek zoals het draaiorgel. Beste wel gesellig in het stadsbeeld 😎😘

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Thuiswerken

Er zit een man in het portiek

Vakantie