Wind
Hij laat wel eens een windje
En ook wel eens een scheet
Al die warme dampen
Ronkend uit zijn reet
Altijd verrast, nooit in de gaten
Als er weer eens onverwachts een ruft is gelaten
Je kunt je zelfs verwarmen
Aan die putlucht uit zijn darmen
En zelden is het stil
Na een reukscheur uit zijn bil
Hij staat erom bekend
Al die buikwinden uit zijn krent
Hij doet het in het noorden
In het oosten, zuid en west
En je moet hem het nageven
Hij doet zijn stinkende best.
(Ode aan de Wapperaar van het Oude Noorden)
Wat een prachtig gedicht Seun over een toch wel zwaar onderschatte bezigheid. Die Wapperaar moet wel iets in je hebben losgemaakt.
BeantwoordenVerwijderenDank u wel meneer
Verwijderen